Vakblad voor sociaal professionals
en het sociaal domein

Over de rand of niet?

Yente gebruikt drugs en gaat nauwelijks nog naar school. En zijn JIM? Tja, die stelt voorwaarden waar Yente niet aan voldoet, dus van hem kunnen we weinig hulp verwachten. Wat nu?
Yente wil en gaat amper naar school, blowt zich suf en als zijn moeder tegengas geeft is er direct een dreigende sfeer in huis. Ze durft dus al geen grenzen meer aan te geven en is volkomen opgebrand. Ze bezoekt wekelijks haar eigen psychiater om nog enigszins in balans te blijven. Thuis is ze bang dat Yente haar op een kwade dag wat aan doet en dat zijn oudste broer hem dan op zijn beurt flink te grazen neemt. Psychiatrisch onderzoek wijst uit dat Yente ADHD heeft en kampt met behoorlijke angsten. 
 
Yentes problematiek past helemaal binnen het Verbindingsteamprofiel: er is sprake van een (psychiatrische) problematiek bij zowel jongere als ouder en een behoorlijk dreigende situatie thuis. Een uithuisplaatsing dreigt. Wij zijn dan ook vol goede moed over de drempel gestapt. En warempel, daar vonden we ook al snel iemand van wie Yente zei: die wil ik wel vragen om mij te ondersteunen. Een JIM (Jullie Ingebrachte Mentor) was weer geboren. Zo gezegd zo gedaan en inderdaad, meester Wouter zag dit wel zitten. Hij kon wel goed met Yente en wilde hem wel wat meer ondersteunen. Alleen, wat we toen niet wisten is dat docent Wouter een impliciete voorwaarde had: ‘Yente moest natuurlijk wel op school komen voor deze extra aandacht’. En laat dat nu net één van de dingen zijn die Yente consequent niet doet: naar school gaan. En meester Wouter, ja, die is consequent: hij laat niets van zich horen. Au; een flink teleurstelling voor Yente door een pijnlijke misstap van het Verbindingsteam! In het vervolg altijd eerst goed vragen wat iemands voorwaarden zijn om JIM te zijn. 
 
En toen verder. Zonder JIM. En met Yente die nog steeds thuis zit en verder blowt terwijl moeder op d’r tenen loopt. Nadat we met het gezin onze eerste misstap in het samenwerken met de omgeving bespreken, proberen we het toch nogmaals. Het drugsgebruik blijkt ondertussen ook een aanzienlijk groter probleem te zijn dan ons vooraf was verteld. Moeder is inmiddels radeloos. Ze weigert haar omgeving te betrekken. Toch hebben we haar zo ver gekregen dat we een keer in gesprek mogen met haar vriend. Deze man snapt dat we in een patstelling zitten: Yente wil niets; hij wil geen school en heeft geen motivatie om af te kicken. Iedere poging om hulp te verlenen knalt tegen een muur van verzet. En moeder blijft zeggen: ‘ik wil mijn omgeving niet verder betrekken. Ik heb verder geen mensen op wie ik terug kan vallen’. Als team hebben we de indruk dat ze weigert zich tegenover anderen schuldig te voelen over de problemen in de opvoeding met haar zoon. Dat het haar probleem is, het betrekken van anderen maakt alles alleen maar moeilijker. Een zware last om te dragen. 
 
Met moeder proberen we het nogmaals: Wat maakt dat zij haar omgeving hier niet bij wil betrekken? Waar ziet ze tegenop? Wat is het ergste dat er kan gebeuren? Het zijn goede en lastige gesprekken. We balanceren op het randje van vasthouden en loslaten, doordrukken en afwachten. Onzebenadering: vasthouden en zachtjes aandringen. Haar nogmaals uitleggen dat we fantastische uitleg over ADHD en verslaving kunnen geven, maar als er niemand is die Yente kan motiveren om hier stappen in te ondernemen en moeder kan ondersteunen een zwaar traject van veranderen van patronen aan te gaan, dit dan weinig zin heeft. We hebben echt iemand nodig die meer invloed heeft op Yente dan op dit moment zijn moeder. Ze erkent zelf dat zij hem nu niet voldoende kan beïnvloeden en bieden wat nodig is: een structuur neerzetten waarin patronen doorbroken worden en waar moeder en zoon ondersteund worden in volhouden en de veiligheid waarborgen.  Als hulpverleners zijn wij voorbijgangers en niet altijd in de buurt van Yente en zijn moeder. We zoeken naar duurzamere oplossingen en mensen die dichtbij staan, letterlijk en figuurlijk. Naar mensen die blijven. Dit is spannende hulpverlening: drukken we niet te hard zodat moeder straks over het randje kukelt in haar (oprechte) verzet om haar omgeving hier buiten te houden? We schatten in van niet, maar wie zegt dat die inschatting juist is of dat het gerechtvaardigd is om zoveel druk op dit punt uit te oefenen? 
 
Gedachten of tips over deze situatie? Mail Levi van Dam (projectleider; ldam@youkejeugd.nl)  of Suzanne de Ruig (teamleider; sruig@youkejeugd.nl) met je ideeën, suggesties of opmerkingen en help ons verder in samenwerken met gezin en omgeving.  
 
Dit is deel 5 uit een serie over een nieuw zorginitiatief: het Verbindingsteam. Levi van Dam is projectleider en zal komend jaar schrijven over de ontwikkelingen en strubbelingen van het Verbindingsteam. De beschrijvingen zijn er op gericht om kennis te delen. Ook meedenken over dit initiatief? Reageer hieronder. 


Naar homepage



Relevante categorieën: