Vakblad voor sociaal professionals
en het sociaal domein

Mindfulness effectief voor patiënten met chronische pijn

Mindfulnesstraining met meditatie en bewegingsoefeningen verbetert de psychische gezondheid van patiënten met langdurig onverklaarde fysieke klachten.
Mindfulness effectief voor patiënten met chronische pijn

Dit blijkt uit onderzoek waarop psychiater in opleiding, Hiske van Ravesteijn, op 2 oktober is gepromoveerd aan de Radboud Universiteit Nijmegen.

 

De patiënten leren met aandacht stil te staan bij hun lichamelijke klachten en bewustere keuzes te maken in de manier waarop ze met zichzelf omgaan. Hierdoor voelen ze zich energieker en hun sociale contacten met familie en vrienden verbeteren. Het effect is al tijdens de training merkbaar en neemt na verloop van tijd nog verder toe. Ook neemt het ziekenhuisbezoek af. De behandeling is na een jaar kosteneffectief in vergelijking met gangbare zorg. De patiënten die de mindfulnesstraining volgden, gingen minder vaak naar het ziekenhuis, maar deden wel vaker een beroep op de geestelijke gezondheidszorg. Die verschuiving wijst volgens Van Ravesteijn op een effectievere behandeling van de langdurige klachten. Mindfulness blijkt een geschikte behandeling voor een grote groep patiënten waar de huisarts maar weinig raad mee weet.

 

Met compassie
Het uitgangspunt van de mindfulnesstraining is dat lijden en pijn onderdeel zijn van het leven. De aanpak besteedt veel aandacht aan het lichaam en leert de patiënt om met compassie naar het lichaam en zichzelf te kijken en erover te praten. De patiënt leert om bij het lijden of de pijn stil te staan en zich bewust te worden van de gedachten en gevoelens die daarbij opkomen en de wijze waarop hij reageert. Doordat de patiënt met afstand naar zichzelf kijkt, kan hij patronen ontdekken die hem in de weg staan en door deze te veranderen gaat de patiënt soms anders met zijn klachten of verminderen ze op den duur. In eerder onderzoek is het effect bewezen bij patiënten met depressies en angststoornissen, fybromyalgie, chronische pijn en het chronisch vermoeidheidssyndroom.

 

Energiek
Bij patiënten met langdurig onverklaarde fysieke klachten zorgde de training voor een duidelijke verbetering van de psychische gezondheid. De patiënten voelden zich vitaler en ook hun sociale contacten verbeterden in vergelijking met de patiënten die de gebruikelijke zorg kregen. ‘Mensen gingen ondanks hun klachten weer op bezoek bij familie en vrienden en voelden zich energieker. Ze hadden meer aandacht voor zichzelf en voor de buitenwereld. Ook waren patiënten minder bang dat ze een ernstige ziekte hadden. Deze verbeteringen zetten door na afloop van de behandeling.’ Dat wijst er volgens Van Ravesteijn op dat de effecten van de training doorwerken of zelfs versterkt worden in de loop van de tijd. ‘Mensen hadden moeite met het waarnemen en beschrijven van wat er in hen omgaat. Dat leken ze te leren, al ging dat wel heel langzaam.’ De fysieke gezondheid van de patiënten verbeterde nauwelijks door de mindfulnesstraining. Dat komt volgens Van Ravesteijn mede door de chronische ziekten die de patiënten ook hadden.

 

Laagdrempelig
Daarmee vindt Van Ravesteijn de mindfulnesstraining een geschikte nieuwe behandeling voor een groep patiënten waar maar weinig mogelijkheden voor bestaan. Zij denkt dat mindfulnesstraining laagdrempeliger is dan cognitieve gedragstherapie, een andere bewezen effectieve behandeling voor deze groep. ‘Patiënten wijzen een verwijzing naar de psycholoog vaak af omdat ze denken dat ze niets hebben aan een psychologische behandeling. Mindfulness richt door de bewegingsoefeningen de aandacht op het lichaam, en dat is precies waar mensen last van hebben.’ Ook denkt zij dat patiënten ‘training' wat vrijblijvender ervaren als ‘therapie'.

 

Keuzemogelijkheden voor de patiënt
Voor wie nu precies de behandeling het meest geschikt is, is moeilijk vooraf te zeggen. 'Voor mensen die midden in heftige sociale, financiële of relationele problemen zitten, is het lastig', zag Van Ravesteijn in haar onderzoek. 'Succes hangt af van de mate waarin een patiënt werkelijk open staat voor verandering van zijn of haar leven. De patiënt heeft een behoorlijke motivatie nodig want hij moet het allemaal zelf doen. Bij cognitieve gedragstherapie wordt hij meer aan het handje genomen. Bovendien moet iemand in een groep meditatie- en bewegingsoefeningen willen doen.' Huisartsen moeten volgens Van Ravesteijn zo open mogelijk met de patiënt bespreken welke behandelingsmogelijkheden er zijn: cognitieve gedragstherapie, fysiotherapie of mindfulnesstraining. De patiënt kan dan aangeven wat hem of haar het meest aanspreekt.

 

Aan het onderzoek van Hiske Van Ravesteijn, verbonden aan het Radboud Universitair Centrum voor Mindfulness, deden 117 patiënten uit 19 huisartsenpraktijken in de regio Nijmegen mee. De patiënten hadden langdurig onverklaarde lichamelijke klachten met daarbij vaak ook een chronische lichamelijke ziekte zoals diabetes of COPD.

 

Bron: Radboud Universiteit Nijmegen








Naar homepage



Relevante categorieën: