Vakblad voor sociaal professionals
en het sociaal domein

‘Het jongerenwerk heeft toekomst’

Het jongerenwerk heeft toekomst en bestaansrecht. Maar dan moet het wel zorgen dat het erin slaagt op zes punten van toegevoegde waarde te zijn.
‘Het jongerenwerk heeft toekomst’

Die conclusie trok Judith Metz in haar lectorale rede. Ze sprak deze uit op 8 oktober aan de Hogeschool van Amsterdam. Judith Metz is sinds 2012 lector Jongerenwerk in de Grote Stad aan de Hogeschool van Amsterdam.

Ze ging in haar lectorale rede, die de titel droeg ‘De waarde(n) van het jongerenwerk’, onder meer in op de toegevoegde waarde van het jongerenwerk en de professionaliteit ervan.

 

Toegevoegde waarde
Het jongerenwerk heeft toekomst, concludeerde Metz, mits het erin slaagt op zes punten van toegevoegde waarde te zijn in het sociale domein. Een domein dat erg verandert door de omslag van verzorgingsstaat naar participatiesamenleving. De zes punten zijn volgens haar: het jongerenwerk slaagt erin jongeren met een beperking als doelgroep te bereiken; het jongerenwerk slaagt erin jongeren te helpen met het ontdekken en gebruiken van eigen kracht; het jongerenwerk slaagt erin samen te werken met informele netwerken en vrijwilligers; het jongerenwerk slaagt erin integraal te werken; het jongerenwerk slaagt erin een vangnet te zijn voor jongeren zonder eigen netwerk, jongeren tussen 18 en 23 jaar die te oud zijn voor de jeugdinfrastructuur maar geen aansluiting vinden bij voorzieningen voor volwassenen en jongeren met een meervoudige problematiek die tussen wal en schip dreigen te raken; het jongerenwerk weet zichzelf te vernieuwen.

 

Professionaliteit
Metz stelde dat bij professionaliteit ‘centrale waarden’ de kern van de beroepsuitoefening zijn. Zowel voor de individuele jongerenwerker als voor het jongerenwerk als beroep. ‘Deze expliciete normatieve positionering’, aldus Metz, ‘is van belang omdat het jongerenwerk van grote invloed is op het leven van groepen jongeren en de samenleving als geheel.’ De drie centrale waarden voor het jongerenwerk die de Amsterdamse lector onderscheidt zijn: het werkt ontwikkelingsgericht. Metz: ‘Ik definieer ontwikkelingsgericht als de aandacht voor de – brede, positieve en langdurige ontwikkeling van jongeren. Hierbij gaat het voor mij over persoonlijke, sociale en maatschappelijke ontwikkeling tot volwaardig mens-zijn.’ En dat volwaardig mens zijn bestaat volgens de lector uit een combinatie van identiteitsvorming met emotionele en morele ontwikkeling, het leren van levensvaardigheden en sociale en maatschappelijke participatie.

 

Metz karakteriseerde sociale rechtvaardigheid als tweede kernwaarde. Ze positioneert het jongerenwerk daarmee duidelijk politiek. ‘In tijden van schaarste gaat het bijvoorbeeld om jongeren die ondersteuning het hardste nodig hebben. En stelt het jongerenwerk zich teweer tegen sociale structuren die sociale uitsluiting tot gevolg hebben.’ De derde kernwaarde volgens Metz: het jongerenwerk combineert emancipatie en disciplinering. ‘De combinatie geeft richting aan de pedagogische opdracht voor het jongerenwerk: enerzijds jongeren te leren om mee te doen met en invloed te hebben op de samenleving, en anderzijds de samenleving te leren om zich open te stellen voor de inbreng van jongeren.’ Die rol maakt het jongerenwerk volgens Metz van aanvullende betekenis op de rol van ouders en onderwijs.

 

Klik hier voor meer informatie over het lectoraat: 

 

Boeken van Judith Metz over jongerenwerk:

Het mooie is dat je er niet alleen voor staat.

Kleine stappen, grote overwinningen; jongerenwerk: historisch beroep met perspectief

 

 








Naar homepage



Relevante categorieën: