Vakblad voor sociaal professionals
en het sociaal domein

Er is nog veel te doen: grote kansen voor het sociale wijkteam

Ongeveer 90% van de Nederlandse gemeenten werkt met sociale wijkteams. Nu de transitie een feit is, buigen gemeenten zich over de volgende uitdaging in het proces: de transformatie. Wat zijn de belangrijkste uitdagingen waar het sociale wijkteam mee te maken krijgt?

 

Peter Paul Doodkorte, blogger van onder andere www.blog.sozio.nl en dagvoorzitter op het 5e Jaarcongres De kracht van het sociale wijkteam, ziet 5 hoofdbewegingen en daarmee verbonden uitdagingen voor sociale wijkteams.

1. Versterking slagkracht in en rond het gewone leven

Nabij zijn en erop af gaan
Ik ben ervan overtuigd dat ondersteuning van dichtbij het beste werkt. Nabijheid maakt dat ondersteuning toegankelijker wordt. En dat betrokken professionals ook kennis hebben van de wijk en gebruik kunnen maken van de kracht van de mensen die er wonen en werken.

Vind-/werkplaatsgericht werken 
We moeten de mensen opzoeken. Daar werken waar de mensen zijn: bij de mensen thuis, op school, op straat, in cafeetjes, bij de sportclubs, etc. Het kader waarbinnen gehandeld wordt, is de leefwereld van de inwoners.

Positieve benadering
De inwoner hoeft geen problematiek aan te bieden om aanspraak te kunnen maken op de aandacht van de integraal deskundige toeleiding. Het vertrekpunt van de professionals is steeds de manier waarop de inwoners naar hun omgeving, de samenleving, hun kansen en hun vraagstukken kijken.

Stimuleren burgerinitiatieven en informele inzet 
Het lukt nog lang niet overal om bijvoorbeeld burgerinitiatieven en informele inzet te stimuleren door eropaf te gaan. Enerzijds omdat wij het lastig vinden, anderzijds door de werkdruk. Dit brengt het gevaar met zich mee dat sociale wijkteams zich alleen (kunnen) richten op de zwaardere gevallen of slecht zichtbaar zijn, omdat ze onvoldoende aansluiten op het netwerk rondom inwoners.

Brede basisinfrastructuur 
Een bredere basisinfrastructuur maakt het mogelijk om eerder af te kunnen schalen en bijvoorbeeld informele zorg in te kunnen zetten. Dit vraagt om een samenspel van collectieve en algemeen toegankelijke netwerken en diensten en informele maatwerkvoorzieningen in een bepaald gebied, dicht bij inwoners.

Dit alles vraagt om meer verbinding van en met de toegangsconsulenten. Door aanwezig, present en zichtbaar te zijn in de wijk en laagdrempelig contacten te onderhouden in de buurt, zowel met bewoners als met sleutelfiguren, raken de teams bekend in de wijk en komen zij te weten wat er speelt.

2. Versterking kennis en expertise screening

Voorwaarde voor het goed functioneren van de integraal deskundige toeleiding is dat zij, naast een ‘er op af mentaliteit’, voldoende specialistische kennis van verschillende leefdomeinen en de ondersteuningsbehoefte van inwoners heeft. Overal werken gemeenten daarom aan een brede samenstelling van het sociaal team, met expertise uit welzijn, zorg, participatie en inkomen. Daarmee wordt het mogelijk om mensen met meerdere vragen en zwaardere problematiek ook laagdrempelig passende hulp te bieden; in hun eigen omgeving. En dat voorkomt weer onnodig lange specialistische trajecten waarop het sociaal team geen zicht meer heeft.

Veel huishoudens die voor steun aankloppen bij een sociaal team, hebben problemen met de basisbehoeften. Ze leven in armoede, hebben schulden of gebrekkige huisvesting. De praktijk leert dat mensen pas openstaan voor begeleiding rond opvoeding, participatie en werk als deze basale problemen zijn opgelost. Verdere integratie van de nu – in formele zin - vaak onafhankelijke Toegang en de resp. intakeprocedures van afzonderlijke organisaties, loketten of domeinen kan een passende antwoord zijn op de huidige fragmentatie van diensten, domeinen en aanbod.

3. Verbinding front- en backoffice

Er is sprake van een complex samenspel van professionaliteit, budgettering, inkoop, convenanten, regels en routines. Voor elk probleem bestaat een eigen regeling in een sectorale koker, die een eigen - vaak door de politiek - gesanctioneerde rationaliteit kent. Als we de beloften van de decentralisaties willen waarmaken, betekent dit dat op al die niveaus tegelijkertijd gehandeld moet worden. Gemeenten, sociale wijkteams en aanbieders zoeken naar manieren om de samenwerking en afstemming tussen hulpverleners en toegang voor inwoners te verbeteren en versnippering van het hulpaanbod te voorkomen. Daarvoor zullen ze het hulpverleningsproces strakker moeten coördineren en meer regie moeten houden op casussen. In veel gevallen is er bijvoorbeeld nog sprake van gescheiden teams voor Wmo en jeugd, naast Werk en Inkomen.

Positionering
Soms maakt het sociaal team onderdeel uit van de gemeente, en is daar ook gehuisvest. Elders gaat de ontwikkeling al verder en is het sociaal team ondergebracht in een aparte BV of onafhankelijke stichting. In een enkele gemeente is de Toegang ook de verantwoordelijkheid van de aanbieders zelf en ontwikkelen gemeenten zich van eigenaar naar opdrachtgever.

Monitoring
Gemeenten zoeken nog naar de juiste balans tussen sturing geven, grip houden en ruimte geven. Ze geloven in de visie, maar zijn ook benieuwd naar concrete resultaten en maatschappelijke kosten en baten. Dat vraagt om een goede monitoring, en daar wordt ook aan gewerkt.

Monitoring, verantwoording en het gesprek daarover dient een drietal doelen:

  • Monitoren (volgen en sturen) op basis van verkregen informatie. Op basis hiervan kunnen de gemeenten, sociale wijkteams en partners inhoudelijke keuzes maken t.a.v. de inrichting van het welzijns- en zorglandschap en zich voorbereiden op het jaarlijkse contracteerproces.
  • Leren, bijvoorbeeld op basis van in- en uitstroom routes tussen aanbieders onderling e.d.
  • Verantwoorden: adequaat aan de gemeente rapporteren.

4. Versterkte focus op nazorg

Adequate nazorg is onlosmakelijk onderdeel van elk toekomstplan dat met inwoners gemaakt wordt. De nazorg is onder andere gericht op het leren hanteren van 'triggers' en valkuilen om zo een terugval te voorkomen. Nazorg is geen sluitstuk, maar begin al bij aanvang van de ondersteuning. Dus door vast te leggen wat er geregeld moet zijn (denk aan waakvlam ondersteuning, mantelzorg, inkomen, huisvesting) en met wie daarover afspraken gemaakt worden, wanneer de behandeling of ondersteuning wordt afgerond. Het sociaal team speelt hierin een verbindende rol.

5. Ontkokerd beleid

Integraal beleid en uitvoering
De afstemming tussen beleid en uitvoering is voor veel gemeenten een aandachtspunt. Schotten in de regelgeving maken het vaak lastig voor de teams om oplossingen te vinden. Een sociaal werker moet bijvoorbeeld kunnen ingrijpen als een gezin met schulden en een huurachterstand het huis dreigt te worden uitgezet. Dat zou de problemen alleen maar vergroten.

Bredere geldstroom en gebiedsgericht werken
Gemeenten willen aanbieders prikkelen om maatwerk te leveren en kostenbewust samen te werken. Werken met een bredere geldstroom is daarbij een noodzakelijke voorwaarde voor maatwerk en integrale ondersteuning, met zo min mogelijk bureaucratische drukte. Met deze bredere geldstroom wordt populatie- of gebiedsgerichte financiering mogelijk gemaakt en wordt de huidige financiële verkokering verminderd. Gevoed uit middelen (of delen daarvan) voor: Wmo Begeleiding, Huishoudelijke Ondersteuning, Jeugdhulp, Participatie en activeringsbeleid, Bijzondere Bijstand, Schuldhulpverlening en Armoedebestrijding.

Het beschikbare budget voor een gebied staat vast en is het absolute plafond. Binnen dit budget moet een van tevoren gedefinieerde ondersteuning worden geboden. Als er geld overblijft kan dit (deels) ingezet worden in de wijk voor onder meer preventie en leefbaarheid. Dit zijn lokale keuzes.

En nu verder…. 
Sociale teams zijn een belangrijk instrument, ook wel een ‘verkeerstoren’, om de ondersteuning voor inwoners sneller, beter en doelmatiger te organiseren. Daarmee hebben gemeenten een beweging in gang gezet die de transformatie tot een succes kan maken. Om dat succes daadwerkelijk voor elkaar te krijgen hebben de teams nu vertrouwen nodig en – vooral - voldoende tijd.

Waarom u het 5e Jaarcongres De kracht van het sociale wijkteam niet mag missen? 
De professionals in de praktijk ervaren dagelijks dat de systeemwereld en de alledaagse werkelijkheid heel verschillende werelden zijn. Bij het verwoed proberen oplossingen nabij te bedenken voor “moeilijke’ uitdagingen, ontstaat vaker het gevoel ‘Ben ik nou gek?” Dit congres steekt jou een hart onder de riem. Jij bent niet gek. Spiegel jouw doen en laten maar eens aan anderen en ontleen daaraan dat wat de transformatie vraagt: volhardende eigen wijsheid. Klik hier voor meer informatie over het congres...



Naar homepage